De NVWA benoemt clavibacter in tomaten niet in het fytosanitaire jaaroverzicht van 2016 voor de Nederlandse plantaardige sector.
In 2016 werd wel op drie tomatenbedrijven clavibacter vastgesteld, tegen twee bedrijven in 2015. Volgens een woordvoerder van de inspectiedienst is in de Fytosanitaire Signaleringen (pdf, 3,38 MB) dit jaar op prioriteiten geconcentreerd. “Het zijn drie clavibacter-besmettingen waar ook nacontrole heeft plaatsgevonden.” Of de besmettingen gerelateerd waren, kan de woordvoerder op dit moment niet zeggen. Clavibacter blijft gewoon in het fytosanitaire beleid van de NVWA opgenomen.
Plannen voor nader onderzoek geschrapt
De NVWA had in 2015 nog plannen voor nader onderzoek naar clavibacter. Met moderne DNA-onderzoekstechnieken wilde NVWA de uitbraken beter herleiden tot de leverancier en zaadproductiegebied. Vorig jaar liet de inspectiedienst de plannen om de besmettingen van de laatste vijf jaar in kaart te brengen varen na overleg met de sector.
Kans op verkeerde conclusies
Doel was de risicovolle zaadproductielocaties te benoemen. De zaadsector en NVWA concludeerden en dat zo’n aanpak tot verkeerde conclusies zou kunnen leiden bij het herleiden van nieuwe besmettingen. Eerst wil de sector dat de genetische diversiteit van clavibacter wereldwijd in kaart is gebracht. Daarna wil de sector een besluit nemen over de noodzaak om zogenoemde fingerprints te maken van aan productielocatie gebonden besmettingen.