‘Nog nooit zo’n diepe voornacht gehanteerd in aubergine’

Peter de Jong in Dinteloord teelt dit jaar voor het eerst het nieuwe aubergineras Kylie (onderstam Kaiser, op 9 december geplant). Sinds week 6 is het gewas in productie. “De kwaliteit is goed en de productie gaat volgens verwachting.”

De vruchten zijn wat grover dan ik gewend ben uit voorgaande jaren. Het is een heel ander vruchtje. Hij is wat sponsiger dus je weet dan al dat hij gemakkelijker uitgroeit dan de hardere Adele. Maar ik wilde ook niet meer dat hele fijne.

Ik ben tevreden over het gewas dat er nu staat. We hebben goed generatief kunnen sturen doordat 95 procent van de hartvruchten en alle vruchten van de tweede krans waren gezet. Maar in week 9 hebben we toch wel een paar bloemen verspeeld. Het was de eerste ronde dat er tegelijk 3 vruchten aanzaten en het donkere weer deed de rest. Maar het valt mee. Het zullen niet de laatste zijn dit jaar.

Opstoken met scherm dicht

De generatieve sturing wil ik er de komende tijd sowieso inhouden. Je krijgt in deze tijd snel veel groei. De belangrijkste generatieve actie is een voornacht van 16 graden, tot 23 uur. Ik heb nog nooit zo’n diepe voornacht gehanteerd. Vanaf 23 uur bouwt de temperatuur heel langzaam op tot 21 graden bij zonsopgang. Het voordeel is dat je de kas zo opwarmt met de twee schermdoeken dicht. Dat bespaart heel wat energie. Tussen 8.30 en 9.30 uur gaan beide schermen open, afhankelijk van de instraling. Tot nu toe gingen ze ook in de voornacht nog dicht, maar halverwege vorige week werd het zo warm dat ze open bleven. Op lichte dagen mag de kastemperatuur flink oplopen in de middag. Op dagen met een lichtsom van 1200 Joules of hoger gaat de stooktemperatuur naar 25 graden en de luchttemperatuur naar 30 graden.

Bovenkant matten droger

Het watergeven gaat nu volledig naar behoefte, het watergehalte van de mat hoeft niet verder te dalen. Ik gebruik dit jaar voor het eerst 10 centimeter hoge steenwolmatten die 15 in plaats van 20 centimeter breed zijn maar wel hetzelfde substraatvolume hebben. Het valt me op dat de bovenkant van de matten 10 tot 15 procent droger zijn dan de onderkant. Ik weet niet of dat erg is, dat zal de tijd uitwijzen. Het water geven start om 9:30 uur of bij de eerste 80 Joules aan licht. Het eindigt tussen 14 en 16 uur. Afhankelijk van het licht wordt zo dagelijks 1 tot 2,5 liter per vierkante meter gedruppeld. Het streven is om ’s nachts 10 procent in te teren. De ec in de mat is nu 4. Dat is eigenlijk hoog zat, maar als we wat beter weer krijgen en meer moeten gaan druppelen daalt dat vanzelf wel.

Veel bladluizen

Het gewas is nog steeds gezond, maar er zijn wel wat zorgen. Er zit best veel boterbloemluis en perzikluis. We hebben er al enorm veel tegen ingezet, maar zoals het er nu uitziet moeten we toch gaan ingrijpen. Enkele haarden zijn al gespoten met Plenum, maar dat zou wel eens volvelds kunnen worden. Net als vorig jaar probeer ik de bladluizen te bestrijden met galmuggen en colomani- en ervi-sluipwespen. We kiezen er bewust voor om niet te gaan druppelen want dan ben je ook de Macrolophus kwijt. In week 4 en week 7 is de Macrolophus uitgezet en die is goed aangeslagen. Je ziet de eerste jongen komen. Bijvoeren hoeft niet in aubergine. De roofwantsen kunnen zich voeden met stuifmeel. Maar ze hadden vanaf het begin ook voldoende kaswittevlieg op het menu, maar dat is geen probleem. De Macrolophus is aangeslagen en we zien al veel zwarte poppen. We hangen nog wel iedere week Encarsia-kaartjes op.