Schade tomatenbedrijven Clavibacter berekend

Het berekenen van de precieze schade op acht Belgische tomatenbedrijven na een Clavibacteruitbraak in 2008 markeert de laatste fase van een langlopende gerechtelijke procedure.

De Vlaamse emeritus hoogleraar Josef Coosemans doet in opdracht van de rechtbank in Leuven onderzoek naar de herkomst van de uitbraak en onderzoekt de schade van de individuele bedrijven. Coosemans is als deskundige aangesteld in de Clavibacter-rechtszaak die draait om de aansprakelijkheid voor de schade van deze bedrijven. Vier jaar werkte hij aan het herkomstonderzoek en probeerde informatie van de Nederlandse NVWA te krijgen over de Nederlandse uitbraken van dat jaar.

De Belgische telers vermoedden een relatie met het zaad van Nederlandse herkomst. Coosemans vroeg de achtergrondinformatie op over de uitbraken in 2008, maar kreeg ze geanonimiseerd of hij moest tekenen voor geheimhouding. De Nederlandse advocaat van het ministerie speelde hoog spel door te claimen dat de mogelijke imagoschade voor de Nederlandse zaadfirma’s te groot is om deze geheel vrij te geven.

De uitkomst van zijn onderzoek wordt pas openbaar bij de uitspraak in maart, maar het lijkt onwaarschijnlijk dat Coosemans een relatie heeft kunnen aantonen met de Nederlandse uitbraken in 2008.