Jan Sonneveld in Dronten startte in de tweede week van april met het planten van zijn gangbare spruitkool. “De planten waren goed en de grond liet het toe, dan moet je aan de slag”, aldus Sonneveld op 2 juni.
Toch bleek de ondergrond vanaf 20 centimeter diepte minder fraai. “Je merkte het vooral op de kopeinden als je de plantmachine uit de grond tilde, dan spoorden de wielen flink in.” De planten zijn inmiddels goed gegroeid, het gewas van de vroegste planting is net gesloten.
De biologische spruitkool werd rond 10 mei geplant. “Toen ging het planten een stuk gemakkelijker. De ondergrond was toen bekwamer.” Ook die planten zijn goed aan de groei.
Bijbemesting rasafhankelijk
Bij de basisbemesting werd in de gangbare teelt gekozen voor 300 kilo KAS, ingefreesd voor planten, en 300 kilo na planten. Op één perceel biologische teelt bestond de basisbemesting uit 7,5 ton kippenmest per hectare; dat komt neer op 160 kilo werkzame stikstof. Op een ander perceel kwam 40 à 45 ton rundveedrijfmest per hectare. De bijbemestingen volgen afhankelijk van de rassen en de gewasstand.
Een buitje mag
Rond 24 mei viel er in Dronten 25 millimeter neerslag, daarna bleef het beperkt tot 2 millimeter in de afgelopen dagen. “We zitten er nog niet om te springen, maar een buitje mag er hier gerust vallen.” Door de relatieve droogte is de mechanische onkruidbestrijding in alle percelen prima gelukt. “Alles is een keer geschoffeld en de vroegste zijn ook een keer aangeaard. Ook is de onkruiddruk dit jaar laag, door het koude voorjaar en de weinige neerslag. Alleen zit er wel aardappelopslag in de gangbare percelen, dat moeten we aantippen.”
Geen pyrethroïden
Het vroegste gangbare percelen werden in de laatste dagen van mei een keer behandeld met Steward plus Zipper. “Dat hebben we lang kunnen uitstellen, want dit is laat. Dat maakt de kans op ons streven om de gewasbescherming zonder pyrethroïden uit te voeren alleen maar groter.” Op die manier wil Sonneveld optimaal gebruik maken van de opbouw van natuurlijke vijanden tegen trips. “Straks gebruiken we nog een keer Tracer en/of Steward, zo proberen we de eindstreep te halen.” De biologische planten werden bij de plantenkweker met Tracer behandeld tegen koolmot en koolvlieg.
Aanpak slakken
Slakken vond Sonneveld tot nu toe een enkele grote, maar op het vroegste perceel zijn al wel slakkenkorrels gestrooid. “Daar kun je niet mee wachten, want het gewas is bijna dicht. Dan kun je er niet meer doorheen.” Op de latere percelen werd alleen in de kantrijen gestrooid.