Meer witloftrekkers moeten lid worden van onderzoekscoöperatie

Er moeten zich meer witloftrekkers aanmelden voor de Gewascoöperatie Witlof. De ondergrens voor de start is gesteld op 60 procent van het totale wit- en roodlof areaal (is circa 1200 hectare). Die limiet is nog niet bereikt. De nieuwe organisatie moet gaan werken als de stuwende kracht ten behoeve van praktisch onderzoek voor de teelt en trek van witlof.

De oprichting van de gewascoöperatie is begin dit jaar in gang gezet door de Landelijke gewascommissie Witlof van LTO, om te waarborgen dat het onderzoek in de teelt en trek van witlof gewaarborgd blijft na het wegvallen van het Productschap Tuinbouw. Eerste speerpunten van de coöperatie worden witlofmineervlieg en kraterrot, staat in de voorlichtingsbrochure die de witloftrekkers over de nieuwe gewascoöperatie hebben ontvangen. Daarnaast blijft (aanvullende) financiering nodig voor vrijstellingsaanvragen en het introduceren van nieuwe middelen, valt te lezen.

Aanmelden

De ondergrens van 60 procent is ingesteld om het aantal bedrijven dat profiteert van onderzoeksresultaten zonder hieraan financieel bij te dragen, te beperken, licht Dirk Spruit toe. Hij is lid van de gewascommissie. ‘Ik ga echter van uit dat op alle trekbedrijven het belang wordt ingezien van goed onderzoek. Ten behoeve van de sector, en dus van de eigen bedrijven.” Dat laatste blijkt echter nog niet uit het aantal aanmeldingen. “Er moeten zich nog meer bedrijven melden om de gewascoöperatie op een solide manier van start te laten gaan. Dat kan nu nog zeer laagdrempelig”. De bijdrage is voor dit jaar vastgesteld op € 10,- per hectare witloftrek. Is onderzoek op enig moment niet nodig, dan blijft het budget gereserveerd komende onderzoeksprojecten.