De landbouw vormt een uitzondering met 1,9% loonkostenstijging; in het algemeen zijn de loonkosten amper gestegen. Met 0,6% meer loonkosten in 2015 was dit de kleinste stijging van de loonkosten in 20 jaar.
De loonkosten in de landbouw en visserij zijn vorig jaar met 1,9% gestegen. Daarmee zit deze sector in de top 5. Gemiddeld is de stijging van de lonen slechts 0,6% per gewerkt uur. Dat is de kleinste stijging in 20 jaar, meldt het CBS. De grootste stijging was er in de sector informatie en communicatie. In de financiële en zakelijke dienstverlening en in de bouw was er zelfs een daling van de loonkosten per uur.
Verminderde afdracht pensioenpremie
Een oorzaak voor de kleine stijging in loonkosten is een verminderde afdracht van pensioenpremie. De loonkostenstijging worden daarnaast in toom gehouden doordat vrij veel nieuwe werknemers zijn aangenomen van wie de loonkosten relatief laag zijn. Leeftijd en opleidingsniveau spelen daarbij een rol. Gecorrigeerd voor veranderingen in de samenstelling van het personeelsbestand valt de toename namelijk hoger uit: 0,7%. Bij een vergrijzend werknemersbestand zou dat omgekeerd zijn.
Paar jaar terug nog flinke loonkostenstijging door vergrijzing
Het is volgens het CBS voor het eerst dat veranderingen in de populatie van werkenden de ontwikkeling van de loonkosten drukken. In de crisisjaren 2009 en 2010 droeg vergrijzing juist in hoge mate bij aan de loonkostenstijging, omdat toen betrekkelijk weinig nieuwe werknemers werden aangenomen. Ook in 2012 en 2013 was dat het geval.
De totale loonkosten voor werkgevers telden vorig jaar op tot ruim €330 miljard. Brutolonen, inclusief overwerk, bijzonder beloningen en bonussen, waren goed voor 79% van dat bedrag. Daarbovenop komen onder meer de werkgeverspremies voor pensioen, arbeidsongeschiktheid, werkloosheid en zorgverzekeringen.
FNV: cijfers ‘zorgwekkend’
Vakbond FNV vindt de cijfers zorgwekkend en zegt dat werkgevers elkaar opjagen om de loonkosten laag te houden. Volgens de FNV proberen werkgevers de cao te ontwijken via uitzendwerk, inzet van flexkrachten en zelfstandigen. “Door hun werknemers niets te gunnen ondergraven de werkgevers de koopkracht en daarmee het economisch herstel”, zegt vicevoorzitter Ruud Kuin.