De glastuinbouw ligt als een van de weinige sectoren op schema om de energiedoelen die Nederland en Europa zich stellen te halen. De industrie heeft het veel zwaarder. Dus naar 2050 toe weet LTO Glaskracht nu al: het kán, maar we weten ook zeker d at het laatste gas niet naar de tuinder zal gaan.
In 2050 moet Nederland het doen zonder fossiele brandstoffen. Het staat er zwart op wit, in het Energierapport van minister Henk Kamp. En de glastuinbouw kan niet denken dat ze dan nog wel met de restjes gas de kas mag blijven verwarmen. Als er al coulance zal zijn, dan zal die hoogstens zijn voorbehouden aan de industrie, denkt men bij LTO Glaskracht.
“Iedereen die beweert dat het Energierapport visieloos is en er geen keuzes in worden gemaakt, die wijzen wij erop dat een minister nog nooit zo helder en onomwonden heeft geschreven dat we in 2050 naar een uitstoot van nul kilo CO2 moeten”, zegt Nico van Ruiten. “En dat daarmee het gebruik van fossiele brandstof in 2050 zal moeten zijn uitgebannen. Het staat er al op pagina 7.”
Alleen tuinbouw op schema
Nationaal staat als hoofddoel het terugdringen van de CO2-uitstoot voorop. Zoals dat ook op de klimaattop in Parijs door de deelnemende landen is afgesproken. Minder energie gebruiken en het percentage duurzame energie op het totale energiegebruik verhogen zijn daar afgeleide doelen van. Die twee afgeleide doelen worden in Europees verband aangepakt.
Dat was eigenlijk al duidelijk toen de Europese Klimaatafspraken werden vastgesteld op 30 november vorig jaar. En wat de afgelopen jaren ook duidelijk is geworden: de tuinbouw is klaar voor die uitdaging en zet de nodige stappen. En dat blijkt geen vanzelfsprekendheid, gekeken naar wat andere sectoren hebben klaargespeeld.
Van Ruiten: “De glastuinbouw is de enige sector die geen aanvullende maatregelen hoeft te bedenken om de afspraken in het Energieakkoord te gaan halen. Wij liggen op schema, volgens de laatste gegevens van de energiedeskundigen van ECN.”
Energieneutraal kan nu al
Piet Broekharst is programmamanager Kas Als Energiebron. Dit programma fungeert al sinds de eeuwwisseling alleen al met haar goed gekozen naam als een krachtige ‘mission statement’. Zo lang al weet elke tuinder dat het met gas verstoken in de ketel om warmte in de kas te krijgen op termijn afgelopen is.
Broekharst: “We hebben mede door dat programma Kas Als Energiebron nu de kennis en de technieken in huis om vandaag al energieneutraal te telen. Wie nu op de goede plek in Nederland een nieuwe kas neerzet, die kan dat doen zonder een gasaansluiting. Net zoals je een huis neer kunt zetten zonder gasaansluiting. Alleen is het nog flink duurder. Het implementeren van die kennis en techniek zal dus nog wel de nodige jaren vragen, gebruikelijk bij innovaties.”.”
Herberekening aardwarmte
Wat sinds de begintijd van KAE grondig is veranderd is het denken over het potentieel van aardwarmte. Wageningen UR concludeerde tien jaar geleden hierover dat met geothermie niet meer dan 10, hooguit 20 procent van de warmtevraag van de glastuinbouw beantwoord kan worden. Maar intussen is enerzijds die warmtevraag kleiner geworden, door zuiniger telen en energie-efficiëntere kassen. En aan de andere kant is, juist door de projecten in de glastuinbouw, meer praktijkervaring en kennis opgedaan over de werkelijke mogelijkheden van aardwarmte. Binnenkort ook met diepe en ultradiepe boringen.
De provincie Zuid-Holland heeft aangekondigd om een nieuw onderzoek te laten verrichten over deze vorm van warmtewinning. Een nieuwe berekening kan voor de glastuinbouw in Zuid-Holland wel gaan naar een potentieel van volledige warmtelevering door aardwarmte. Broekharst: “Het is niet voor niets dat aardwarmte in Kamps Energierapport voor het eerst zo expliciet als volwaardige alternatieve warmtebron wordt genoemd. En het is niet voor niets dat minister Kamp het rapport in een tuinbouwkas presenteerde. De enige lopende geothermieprojecten in Nederland zijn glastuinbouwprojecten.”
Meer dan Hollands gemiddelde
Die bronnen gaan er volgens energiedeskundige Rob van der Valk van LTO Glaskracht ook voor zorgen dat de glastuinbouw misschien al over 2015 beter gaat scoren op het gebruik van duurzame energie dan het Nederlands gemiddelde. “In 2014 was dat landelijk gemiddelde ruim 5 procent en scoorde de tuinbouw 4 procent. Maar doordat een aantal geothermiebronnen beter is gaan lopen gaat het in de glastuinbouw nu harder. Het zou me niets verbazen als we nu al op 6 procent zitten terwijl het landelijk gemiddelde volgens het Energierapport op 5,6 procent staat.”
Achterover leunen
Tot zover het goede nieuws. Dan het goede nieuws, dat voor vaart in de transitie naar duurzame energie misschien eigenlijk slecht nieuws is. De huidige lage gasprijs kan aanleiding zijn voor achteroverleunen. Is die verre horizon van 2050 voor nú voldoende stimulans om te blijven investeren in aardwarmte?
Van der Valk: “Elke tuinder heeft nu goedkoop gas vastgelegd, misschien wel tot aan 2021 – verder vooruit inkopen kan niet. Daarmee hebben ze in feite tijd gekocht voor het ondertussen investeren in de beste manieren om energiezuiniger te telen én te verduurzamen. Voorspellen is moeilijk, maar het zou heel goed kunnen dat na 2021 het feest van die lage gasprijzen alweer voorbij is.”
Dat denkt bijvoorbeeld Shell. Onlangs deed deze energiegigant de grootste overname in haar respectabel lange geschiedenis: British Gas. Shell topman Ben van Beurden schetste daarbij een beeld van toch nog lang een afhankelijkheid van fossiel. Te snel afzweren van gas zou armoede in Nederland betekenen.
Grootste opgave voor industrie
Zal er dan toch uitstel komen? LTO Glaskracht ziet dat voor de glastuinbouw niet gebeuren. “In het Energierapport kijkt Kamp naar vier sectoren. Stroomproductie, transport, industrie en lage temperatuur ruimteverwarming. De glastuinbouw hoort bij die laatste sector, samen met woningen, kantoren en dergelijke.
De industrie staat voor de grootste opgave. Daar wordt gewerkt met hoge temperaturen, van 160 tot meer dan 1.000 graden. Daar hoef je met aardwarmte niet aan te komen. Wel bruikbare alternatieven zijn het verbranden van biomassa en het zogeheten groene gas of biogas. Maar of de industrie in 2050 al helemaal zonder fossiel kan, dat is helemaal de vraag. De eventuele laatste restjes gas zullen daar naartoe gaan. Niet naar de tuinbouw.”
Biomassa en groen gas als alternatieven voor de glastuinbouw zullen door de concurrentie van industrie, transport en stroomopwekking ook niet zomaar voorhanden zijn. En niet alle plekken in Nederland zijn overigens even geschikt voor aardwarmte. Hebben glastuinders dan nog andere alternatieven?
Alternatieven in kinderschoenen
“In de ondernemersgroep van Kas Als Energiebron kijken we naar alle nieuwe technieken”, zegt Piet Broekharst. “En de telers trekken ze bij wijze van spreken onder je handen vandaan. We kijken bijvoorbeeld naar brandstofcellen voor een brandstofcel-WKK. Daar willen telers graag mee testen.”
Ook een techniek waar op wordt gelet is die van glas dat selectief licht doorlaat en de rest in energie omzet. In de gebouwde omgeving wordt daar wel al wat mee gedaan, maar dat staat nog in de kinderschoenen. Broekharst: “Dat volgen we met belangstelling. Zoiets kan over twintig jaar zo zijn doorontwikkeld dat je er kassen mee kunt bouwen. Daar zijn grote bedrijven mee bezig, zoals het Duitse Merck.”
En verheugend: de glastuinbouw staat bij de techneuten in binnen- en buitenland inmiddels goed op de kaart als sector die ín is voor dit soort technische innovaties. “We worden echt geregeld gebeld door technische startups vanaf zolderkamertjes, dat ze een idee hebben dat misschien interessant is voor ons. Meestal is dat dan nog een embryonaal idee en nog ver van toepassing in de tuinbouw. Maar alles begint als een ideetje.”
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/