Ieder witlofras vertoont wel een ‘smetje’

Dit jaar is het onontkoombaar dat vroege rassen in de forcering een ‘smetje’ vertonen. Dat werd duidelijk tijdens de beoordeling van zestien objecten met verschillende rassen, zaaitijden en herkomsten op een bijeenkomst van witloftelers in Breda.

Sjaak Gerardts van ChicoGrow leidde de maar liefst 35 belangstellenden rond de zestien bakken witlof die stonden opgesteld in de loods van Witloftrekkerij van Aert in Breda. “Uit de opkomst kun je afleiden dat het wat beter gaat in de witlofsector”, stelde Gerardts vast. In de proef lagen de rassen Topscore (drie herkomsten), Bingo (twee herkomsten), Atlas (twee herkomsten), Desir, Ecrine (drie herkomsten), Manoline (twee herkomsten), H3191 (nieuw van Hazera) en Jocker. De rassen werden geforceerd op het regime van Atlas, het ras dat Van Aert nu trekt. Het regime was voor de vroegste rassen aan de hoge kant, waardoor ze bij de beoordeling zeker rijp genoeg waren.

Altijd wel iets

De grote lijn is dat de vroege rassen dit jaar allemaal wel wat last hebben van ‘iets’. Dat kan smet zijn, bladvuur, Sclerotinia, kernrot of een bruin pitje. Door het groeiseizoen met een koud voorjaar, hitte in de zomer, plaatselijk flinke hoeveelheden neerslag en het zachte najaar, zijn de vroege rassen gevoeliger voor dat soort aantastingen. Ook zijn ze sneller overrijp, zeker de vroege rassen die ook nog eens vroeg gezaaid zijn. Bij geen van de rassen zat de pit te hoog.

Nieuw van Hazera

Het nummer H3191 van Hazera is een volstrekt nieuwe in de rij van Ecrine en Manoline. Hazera test het ras voor het eerst dit jaar. Het ras is puntiger van vorm dan Ecrine en Manoline en daarom meer geschikt voor de Belgische markt. Het ras is, net als Manoline, ongevoelig voor het onkruidbestrijdingsmiddel Safari. Ecrine is dat niet. Hazera test het ras, ook om te kijken voor welke periode H3191 het meest geschikt is.