Bij tuinderij Coolen in Ell is 21 mei tussengeplant bij de vroegste planting van 5 januari. Aan het eind van de eerste teelt kwam het gewaswerk aan het eind soms wat in het gedrang.
“Andere jaren deden we dat op dagen dat we niet hoefden te oogsten. Maar door het stabielere weer werden de vruchten dit jaar sneller zwaar, en moesten we iedere dag oogsten. Af en toe waren we daardoor net te laat met een blaadje eruit halen. Je oogstsnelheid neemt dan ook nog eens net iets af, als je door meer bladeren wat meer moet zoeken. En jonge vruchtjes verstikken en rotten iets eerder. Zeker omdat je toch iets vochtiger teelt met Het Nieuwe Telen.”
Bloeivertraging
Het wisselvallige weer met donkerder dagen is niet ideaal voor een tussenplanting. “Je loopt iets vertraging in de bloei op. Ik denk dat we straks dus een dag of twee dagen later dan normaal aan het oogsten gaan.”
Kracht in gewas houden
Voor de tussenplanting is het ras Roxanne gebruikt. “We hebben gekozen voor een gewone, niet getopte, plant. Om vanwege de tussenplanting iets meer kracht in het gewas te houden.” De eerste vrucht zit op het vijfde oksel. Daarboven laat hij alles zitten. Dat remt de lengtegroei iets. “Want met tussenplanten willen de internodiën toch al makkelijk langer worden.”
Vlak stoken tegen rek
Om die rek te beperken, stookt hij ook vrij vlak. “Anders stook je de plant helemaal met slechts een paar bladeren naar de draad.” Overdag wordt de temperatuur voor de jonge planten op 19 graden Celsius of net daaronder gehouden, om later op de dag naar de 19,5 graden te gaan. Op de ventilatieregeling loopt de kastemperatuur nog wel iets verder op. Rond 18.00 uur gaat de temperatuur naar 18 graden Celsius, en rond middernacht naar 18,5 graden.
Minimumlucht
Om kracht in het jonge gewas te krijgen wordt veel met minimumlucht gewerkt. En het scherm gaat ’s nachts pas onder de 6 graden Celsius dicht. “Door het tussenplanten heb je een iets inactiever klimaat. Dus staat het lucht vrijwel altijd open.”
Een minimumbuis helpt mee om het vocht niet te hoog op te laten lopen, en te proberen vruchtsnelheid te pakken. “Het blijft oppassen dat je het gewas schimmelziektevrij houdt. Energie besparen is gunstig, maar rotplekjes op vruchten kosten ook geld. Dat kun je beter voorkomen.” Vanwege het vochtiger weersomstandigheden zijn ook Fungaflor en Rocket toegepast tegen wat Mycosphaerella-kopjes bij de jonge planten tijdens de start.
Oude gewas later eruit
De bedoeling was in eerste instantie om het oude gewas begin week 23 leeg te snijden. “Maar we hebben dat toch maar even uitgesteld, want de prijzen lijken te stijgen. En ze geven ook extremer warm weer op. Dan heb je het oude gewas er liever nog even in staan, zodat de jonge planten geen tik van die hoge temperaturen krijgen.”
Spint
Plagen zijn in de eerste teelt goed onder controle gebleven, zodat ook in de tussenplanting niet te verwachten is dat er ineens veel plaaginsecten vanuit het oude gewas komen. Er hoefde slecht één keer een correctie met Floramite tegen spint uitgevoerd te worden, waarna de biologische bestrijders het weer oppakten. “Nieuwe scheuten blijven vrij van spint, of je ziet er direct al een roofmijt of larve bij.”
In week 24 zullen ook weer spintroofmijten uitgezet worden. Vanwege enkel wittevliegje is verder Encarsia uitgezet.
Latere planting
Bij een later (20 januari) gestarte teelt staat op 19 juni het overplanten ingepland. Het gewas heeft daar ook te lijden van donkere regenachtiger dagen. Er wordt overdag 19,5 graden Celsius aangehouden en een voornacht van 17 graden. Rond middernacht gaat ook hier de temperatuur naar 18,5 graden. In deze kas wordt ook meer minimumlucht toegepast om voldoende activiteit in het gewas te houden, alleen zonder het buisgebruik zoals toegepast in de jonge tussenplanting.