Hernieuwbare energiebronnen waren in 2016 goed voor 5,9% van het totale energieverbruik.
Dat is een fractie meer dan de 5,8% die een jaar eerder werd opgetekend. Het energieverbruik uit wind en zon steeg, maar het verbruik uit biomassa nam af. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In de cijfers wordt gekeken naar alle energie die wordt verbruikt voor warmte, elektriciteit en vervoer. In 2016 was bijna de helft van het verbruik van hernieuwbare energie bestemd voor warmte, ruim 40% voor elektriciteit en een kleine 10% voor vervoer. Het verbruik van hernieuwbare energie steeg 5% naar 125 petajoule. Het totale verbruik steeg echter bijna 4% naar 2.119 petajoule, waardoor het aandeel van hernieuwbare energie nauwelijks steeg.
Biomassa grootste bron
Uit de cijfers blijkt dat biomassa met 63% van het totaal de grootste bron van hernieuwbare energie was. Onder energieopwekking met biomassa vallen onder meer het verbranden van houtpellets en het vergisten van mest. Het energieverbruik uit biomassa daalde met 2%. Bij zon en wind was sprake van een spectaculaire toename van 20%.
De opgestelde capaciteit van zonnepanelen steeg met een recordhoeveelheid van 500 naar 2000 MW. Worden nog altijd veel zonnepanelen op de grote daken van boerenschuren en –stallen gelegd, de toename van de opwekking van windenergie komt vooral op het conto van molens op zee. Bij wind was sprake van een toename van 600 MW.
Biobrandstoffen uit de gratie
Het verbruik van biobrandstoffen voor vervoer is in 2016 20% gedaald ten opzichte 2015. In 2015 was het verbruik al met 10% gedaald. Biobrandstoffen liggen al jaren onder vuur, omdat de grondstof meestal een voedingsgewas is, terwijl nog steeds honderden miljoenen mensen wereldwijd honger leidden. Maar de belangrijkste reden voor de teruggang ligt in een wetsverandering die bedrijven op een andere manier laat rapporteren.
Lees meer over het thema energie via GFactueel.nl/energie/