Het areaal glasgroente daalt tot 2050 naar 2.500 hectare, deels door een efficiëntere productie en overstap naar speciale teelten voor de farmaceutische industrie.
Het totale oppervlak van het glasareaal neemt tot 2050 af met twintig procent tot 7.500; voor glasgroente halveert dat areaal. Dat stelt onderzoeksbureau CE Delft in de studie ‘Visie glastuinbouw 2030 klimaat en energie’ die werd verricht voor LTO Glaskracht Nederland en het ministerie van Economische Zaken.
Veel areaal bestaat nu uit verouderde kassen waarvan de inschatting is dat die niet allemaal vervangen zullen worden. Een deel van de glastuinders (40 procent) kiest voor de teelt van speciale gewassen (onder meer grondstoffen voor farmaceutische industrie) waarvoor alleen een elektrische aansluiting nodig is, ook voor het verwarmen.
Ruim de helft van het resterende areaal zal bestaan uit de teelt van commodities zoals glasgroente en snijbloemen en potplanten (60 procent) waar een grote mate van flexibiliteit kan worden toegepast met betrekking tot elektriciteit, warmte, productie, energie en klimaat.
In 2050 wil de Nederlandse glastuinbouw klimaatneutraal zijn en in 2030 zal al een forse stap zijn gezet. Deze uitdaging zal behaald worden door maatregelen ín de kassen: zuinigere teeltwijzen, zuinigere kassen, en hergebruik van warmte, schrijven de partijen.
Per regio zullen flexibele oplossingen mogelijk zijn, zoals aansluiting bij een warmtenet, gebruik van aardwarmte of flexibel elektriciteitsgebruik op momenten dat er goedkope zon- en windenergie is.