Boeren en tuinders, asbestsaneerders, belangenbehartigers, rijk, provincies en gemeenten moeten alle zeilen bijzetten om ervoor te zorgen dat alle asbestdaken voor 2024 zijn gesaneerd.
Dat bleek woensdag tijdens een hoorzitting van de Tweede Kamer over het aangekondigde verbod op asbestdaken.
De Kamercommissie voor Infrastructuur en Milieu hoorde vijftien deskundigen, onder wie oud-Kamerlid Remi Poppe (SP), vertegenwoordigers van LTO Nederland, de provincies Overijssel en Limburg en vertegenwoordigers van asbestverwijderende bedrijven. Oud-parlementariër Poppe heeft in de Tweede Kamer lang getrokken aan het asbestdossier. Hij zei gisteren dat de kosten van de sanering van de asbestdaken op landbouwbedrijven niet alleen aan de boeren kan worden overgelaten. “Zij hebben die daken immers geheel legaal aangelegd.”
Consequenties voor de verzekerbaarheid
Vorig staatssecretaris Wilma Mansveld heeft aangekondigd dat asbestdaken per 2024 worden verboden. Wie niet in overtreding wil zijn, zal voor die datum het asbestdak verwijderd moeten hebben. Het verbod heeft ook consequenties voor de verzekerbaarheid van de gebouwen. Verzekeraars hebben al aangegeven dat gebouwen met asbestdaken na 2024 niet langer verzekerbaar zijn.
Problemen bij sanering
Ruud Hoosemans van LTO Nederland zegt dat boeren tegen tal van praktische en juridische problemen aanlopen bij de sanering van asbestdaken. “De boer krijgt 4 ministeries en 5 inspecties op zijn dak. Waarom is er niet één landelijk bedrijf dat asbestdaken saneert en waarom is er niet één inspectie? En waarom kun je asbest niet gratis storten? Waarom moet je 4 weken wachten op een akkoord om een dak te saneren? En waarom heeft een boer een bouwvergunning nodig als hij een asbestdak van 58 millimeter vervangt door een ander dak van 64 dikte?”
Tijdens de hoorzitting bleven de vragen van Hoosemans onbeantwoord. De Kamer praat later met staatssecretaris Sharon Dijksma (Infrastructuur en Milieu) over de asbestsanering.