Het Noord-Brabantse CDA vindt dat het glastuinbouwgebied in Deurne niet afgeschreven mag worden.
Ondanks concurrentie uit Limburg en de reddingsoperatie van het glasgebied Nieuw-Prinsenland mag Noord-Brabant de ontwikkeling in Deurne niet negeren. Het CDA zei dat – bij monde van woordvoerder Noud van Vught tijdens de vergadering van de statencommissie Transitie Stad en Platteland, afgelopen vrijdag. Daar werd het reddingsplan van Nieuw-Prinsenland besproken. Deurne speelt daarin geen rol. Van Vught: “De prijs van grond in Deurne is niet concurrerend genoeg omdat Limburg lagere prijzen hanteert. We willen niet helemaal afscheid nemen van Deurne en toch pogen percelen te verkopen nadat de grondverkopen in Prinsenland op gang komen.”
Gedeputeerde Yves de Boer kon geen inzicht geven in de prijzen voor grond. Die liggen vast, net als de kortingsmarges zei hij. De grondverkoop komt niet stil te liggen, stelde hij.
In het projectvestigingsgebied voor glastuinders in Deurne is tot op heden nog geen grond uitgegeven. De grond is van Deurne, maar de provincie Noord-Brabant heeft in 2010 een garantie verstrekt aan Deurne tot afname van glastuinbouwgrond die in 2020 niet verkocht mocht blijken te zijn. In het ergste geval verliest de provincie vanwege deze garantie 18,4 miljoen euro. Noord-Brabant bereidt zich voor op verliezen. De voorziening voor dit verlies heeft de provincie in 2013 verhoogd tot 15,4 miljoen euro.
Het CDA vreest dat de provincie voor de rekening opdraait als er geen actief beleid wordt gevoerd op Deurne.