Druk op exportmarkt Conference

Het is lastig inschatten welke kant de Conferencemarkt zal bewegen. Er is druk, maar Belgische veilingprijzen lagen een jaar geleden voor Conference nog een dubbeltje lager.

In dat seizoen begon januari een herstel van de markt af te tekenen. Telers lijken daar rekening mee te houden. Goede partijen brachten een jaar geleden tot 50 cent op, maar nu dus net onder de zestig cent. Volgens een handelaar kwam daar deze week wat druk bij. Donderdag viel de prijs een centje terug en is volume opgehouden.

Over de voorraad in Nederland klinken verschillende geluiden. Waar de officiële noteringen reppen over een klein beetje meer, stelt een handelaar de werkelijke situatie iets minder florissant voor. Hij koopt daardoor volume naar rato van zijn verkoop, meer niet. Dat verklaart de lage volumes die verhandeld worden op het moment.

De binnenlandse markt ontwikkelt zich naar verwachting, stelt een handelaar. Er zijn acties links en rechts in het winkelschap, deze week nog met Albert Heijn die Conference verkoopt voor 99 cent per kilo.

Export

Het lijkt op de exportmarkt nog niet op gang te komen. Op de Britse groothandelsmarkten zijn de prijzen voor Conference op dit moment lager dan die van 2014. Dat geldt voor week 50, met groothandelsprijzen van 70 eurocent. De afgelopen zes weken leverde de handel alleen al 15 cent in. De Duitse groothandelsmarktprijzen voor Nederlandse Conference liggen op 76 cent (week 50), een centje erbij na vorige week en zeven cent meer dan vorig jaar in week 50. Ook hier is twee weken eerder een prijscorrectie naar beneden doorgevoerd van vijf cent.

Inkomen

Het jaar sluit daarmee niet heel positief af voor perentelers. Een gemiddeld fruitbedrijf kan dit jaar volgens LEI Wageningen UR rekenen op een inkomen per ondernemer van 35.000 euro, iets meer dan vorig jaar. De reden hiervoor is het hogere prijsniveau van appels en peren bij ongeveer gelijk blijvende kosten. De rentabiliteit wordt geraamd op ruim 90 procent. Een rentabiliteit van minder dan 100 procent betekent dat de arbeidsinzet van de ondernemer en zijn gezin en de inzet van privévermogen niet volledig marktconform worden beloond. Tussen telers bestaan echter grote verschillen door in rassenkeuze en afzetkeuze.