De nieuwe belastingregels voor 2016 nopen bij uitstek tot het goed scheiden van verstand en gevoel.
Hoe opmerkelijk is het toch dat emotie en ratio niet bij alle vraagstukken zich in dezelfde verhouding manifesteren. Je zou zeggen dat je bij oordeel- en besluitvorming altijd moet vasthouden aan een juiste mix van inzet van je hart en hoofd. Dat blijkt echter maar voor een zeer kleine groep mensen, noem ze gerust specialisten, weggelegd. Hoe graag ik het ook zou willen, ik hoor daar ook niet altijd bij. En tuinders, horen die daar bij? De meeste wel is mijn mening, hoe herpak je je anders na een EHEC-crisis, een genadeloze verdamping van de waarde van grond en opstanden, een Russische importboycot en andere vaak onvoorziene en vooral niet te beïnvloeden omstandigheden in en om het bedrijf. Door in de media de nadruk te leggen op het feit dat de sector onder de maat presteert op het gebied van strategische samenwerking en afzet en dat tuinders maar blijven produceren in een overvolle markt, wordt weleens voorbij gegaan aan het feit hoe sterk hier het besluitvormingsproces, het balanceren tussen ‘voelen en denken’, juist is ontwikkeld.
Waarom dit pleidooi voor een genuanceerde oordeelvorming? Omdat het erg handig is voor het thema van deze blog, namelijk de beoordeling van de impact van de door de overheid aangekondigde fiscale plannen voor 2016 en verder. Veel aangekondigde maatregelen leiden mogelijk direct tot een positief of negatief beeld, maar wat is nu de werkelijke impact? ‘Lastenverlichting voor werkenden’, daar maak je vrienden mee onder veelal liberale ondernemers en inderdaad het toptarief van 52% zal voortaan pas ingaan bij inkomens vanaf ruim 66.000 euro en niet meer bij ruim 57.000 euro; maar als je alle beoogde aanpassingen in de inkomstenbelasting meeneemt en dus ook de gehele afbouw van de algemene heffingskorting tot nihil voor diezelfde inkomens, dan heeft dit tariefsvoordeel alweer een route terug naar de schatkist gevonden. Neem daarbij ook nog het delicate samenspel tussen de verschillende toeslagen en de inkomstenbelasting en het advies is op voorhand: zorg dat u ruim voor de jaarwisseling met uw accountant een berekening maakt van het fiscale optimum dat geldt voor uw situatie, waarbij u als ondernemer in de eenmanszaak, de firma of de BV uw inkomen in zekere zin toch zelf kunt sturen, en grijp de Prinsjesdagberichten tot die tijd gewoon lekker aan voor heftige discussies op verjaardagen en borrelpraat.
Voor de tuinbouwondernemers wordt er naar aanleiding van Prinsjesdag in ieder geval alvast houvast geboden door het aanhouden van de IMM-regeling en de openstelling van de Garantstelling Marktintroductie Innovaties, zeer interessant voor de financiering van duurzame systeeminnovaties en het stimuleren van nieuwe financieringsinstrumenten voor durfkapitaal, iets waar de sector grote behoefte aan heeft. De regelingen voor research en development (RDA) en speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) worden samengevoegd en er is een aanscherping van de werkzaamheden die hier nog onder zullen vallen; let daar dus goed op als u op dit moment gebruik maakt van de regelingen.
Grenzeloos gestaffel
Over wel of niet zuinig autorijden en bijtellen laat ik mij niet langer meer uit, want daar kan ik zelf niet meer genuanceerd naar kijken. Het enige wat ik erover kwijt wil is dat we vanaf 2018 auto’s hebben rondrijden met bijtellingspercentages van 0%, 4%, 15%, 17%, 19%, 22% en 25% en ik sluit niet uit dat ik er dan nog één ben vergeten. Dat kan niet anders zijn dan het resultaat van een volledig uitgepolderde strijd tussen ministerie, autofabrikanten, brancheverenigingen, lobbyisten en milieubewegingen. Het kan zijn dat u, als gevolg van dit grenzeloze gestaffel en gestuntel met fijnstofformules en bijtellingspercentages toch dit jaar nog die zuinige auto die u op het oog heeft moet kopen, maar dat zal de autodealer u mogelijk al ingefluisterd hebben.
Men zou kunnen zeggen dat de boodschap van Prinsjesdag vooral een goede PR-campagne is van het huidige kabinet, maar dat het in de praktijk toch weer een kwestie van fiscaal ‘kruideniertje spelen’ is. Hier een beetje bij, daar een beetje af en dat zal best een ingewikkelde puzzel zijn geweest.
Fiscaal opgepast met zzp’ers
Vooruitlopend op 2016 is in ieder geval wel echt actie geboden als u met zzp’ers werkt (of zzp’er bent) en die arbeidsrelatie fiscaal juridisch heeft beklonken met de ooit zo bejubelde VAR-verklaring. Want in de plaats daarvan zullen door de belastingdienst goedgekeurde overeenkomsten van opdracht tussen opdrachtgever en zzp’er gaan dienen als fiscale borging van de zelfstandigheid van de zzp’er. De belastingdienst zal hiervoor zelf modellen beschikbaar gaan stellen, maar in overeenkomsten wordt doorgaans meer opgenomen dan alleen fiscale zaken. Het betekent dat er van beide kanten wellicht een aanleiding zou kunnen ontstaan om de voorwaarden van de arbeidsrelatie weer eens tegen het licht te houden. Hoe gaan we eigenlijk met elkaar om bij zaken als aansprakelijkheidskwesties, looptijd en opzeggingsgronden van de overeenkomst. Kortom, dit nieuwe systeem zal in veel gevallen tot een nadere formalisering van de afspraken tussen opdrachtgevers en zzp’ers gaan leiden. Dit kan uiteraard ook positief worden benaderd, maar het zal hoe dan ook dit jaar nog serieus tijd en aandacht gaan vergen. Hart en hoofd zijn ook dan weer allebei nodig om de juiste voorbereidingen voor 2016 te treffen.