Belgische GMO-telers tevreden over hun afzetorganisatie

De leden van Belgische GMO-erkende telersverenigingen zijn tevreden over hun afzetorganisatie. Dat blijkt uit een recentelijk door het Belgisch ministerie van landbouw gepubliceerd rapport naar aanleiding van een vorig jaar gehouden enquête.

Ruim een derde van meer dan 6000 aangeschreven telers stuurde een ingevulde enquête terug. Een voor de overheid verrassend grote deelname, die echter niet bleek ingegeven door een brede onvrede. Met name de betalingsgarantie en de bijdrage die telersverenigingen leveren aan aanbodbundeling worden door GMO-telers goed gewaardeerd. Ook de kwaliteitsbewaking en de manier waarop de telersvereniging de duurzaamheid van producten en productie uitvent wordt als bijzonder positie gezien.

Zaken die de door de telersvereniging volgens een flinke meerderheid van de respondenten vooral gehandhaafd moeten worden zijn klokverkoop en het (laten) doen van onderzoek. Verbetering kan nog worden bereikt met de inspraak. Ook een betere samenwerking met andere telersverenigingen wordt door de Belgische telers als zeer belangrijk gezien.

Industrietelers tevredener

Een opmerkelijk verschil is te zien in de tevredenheid van telers die lid zijn van een op de versmarkt gerichte telersvereniging en telers die leveren aan de verwerkende sector. De leden van versverenigingen zien nadelen in een gebrek aan prijszekerheid en –stabiliteit en in het verlies van direct contact met de klant. Ook de beperking van de keuzevrijheid wordt als een knelpunt gezien. Die nadelen worden door de industrietelers veel minder genoemd. Industrietelers zijn ook tevredener over de maatregelen die hun telersverenigingen nemen rond crisispreventie en –beheersing.

De in België nog kleine groep telers die wel ooit lid waren van een GMO-erkende telersvereniging, maar nu niet meer, is met name kritisch over de mate waarin bestuurders naar de zorgen van telers luisteren. Opvallend is dat de van GMO afgekeerde telers gemiddeld een stuk groter zijn dan de telers die wel lid zijn. Gemiddeld het kleinst zijn de telers die nooit lid zijn geweest van een GMO-erkende telersvereniging.