De Eerste Kamer heeft unaniem ingestemd met de wet opheffing bedrijfslichamen.
Daarmee is de wettelijke basis voor de afbouw van de productschappen definitief aangenomen door zowel de Tweede als de Eerste Kamer en kan de wet per 1 januari van kracht worden. Dit was volgens verantwoordelijk minister Henk Kamp (Economische Zaken) noodzakelijk omdat de afbouw van de schappen al in volle gang is en er geen weg terug is.
Voor de stemmingen gaf Gerrit Holdijk (SGP) een stemverklaring. Hij zei dat hij in het verleden hartgrondig bezwaar heeft gemaakt tegen het landbouwschap. “Nu een aantal taken van de productschappen worden overgedragen aan de overheid, zie ik het geen reden om tegen te stemmen”, zegt Holdijk.
Senator Gerrit Terpstra (CDA) ziet de wet over het opheffen van de productschappen als overlijdensakte voor de schappen. ‘Hoewel we ons in het belang van de landbouw hebben ingespannen om de schappen te behouden, is het ons niet gelukt”, constateert Terpstra. Hij voegt er aan toe dat het wetsvoorstel het ook mogelijk maakt om een nieuw systeem te bouwen waarbij de taken worden overgedragen aan onder andere de overheid. “Deze overname van taken is van levensbelang voor de sector. Daarom stemmen we voor het wetsvoorstel”, aldus Terpstra.