‘Beroerd’

“De marktomstandigheden zijn uiterst beroerd, zonder ontwikkeling: we blijven met zijn allen gewoon produceren. We kunnen ook niet anders, en ondertussen raken de reserves steeds verder op.”

En toch is er iets veranderd, in ieder geval bij Reijnlof en Reijnpack, de twee bedrijven van Rien Reijngoudt in Sint-Philipsland. Reijngoudt heeft het mes in de productie gezet. “Niet eens vanwege de prijsvorming. Het punt is dat we met zijn allen de witlof niet verkocht krijgen: er zijn geen klanten. Voor onszelf ligt er een ondergrens: als het product minder opbrengt dan de kosten voor oogsten en afleverklaar maken, dan verkopen we niet. We hebben het dus niet meer over prijs, maar over kosten: over weggooien tegenover leveren. Onze echte klanten bedienen we natuurlijk, mits ze niet onder onze minimumprijs gaan. Wie nog minder wil betalen, kun je geen echte klant noemen.”

Geen sociaal plan

De suggestie dat nu minder produceren aan het eind van het seizoen uitmondt in overblijvende wortels, levert een ontkenning op. “Daar gaat het niet knellen.” Met het personeel ligt dat anders. “We vragen nu de nodige flexibiliteit, op toerbeurt blijven ze thuis. De vakantieperiode komt eraan, dat scheelt.” Hij vervolgt: “We hebben tientallen mensen in dienst. Moet je daar een sociaal plan voor maken? Dat is onhaalbaar. We zijn Philip Morris niet…”

Terug naar seizoensproduct?

Aan argumenten ‘waarom het zo ver heeft kunnen komen’ ontbreekt het niet. “Daar  zijn we meesters in: door het voetballen in Brazilië, het warme weer, de milde winter. Maar ik weet wel dat we vier jaar geleden midden in de bouwvakvakantie, tijdens een hittegolf, een beste omzet draaide.”

“Misschien moeten we terug naar negen maanden witlof per jaar. Dat gaat het niet meer over producties, maar over ‘nieuw’, over een seizoensproduct. Over de prijs van ‘Hollandse nieuwe’ hoor je nooit iemand.”

Koude sanering, daar draait het op uit: “Of om in voetbaltermen te spreken: er is plaats voor 11 van de 23 gegadigden. Wie hoort er bij die elf?”

De trek gaat prima. “Met Flexine, schitterend lof. Wel met een nieuw fenomeen: We oogsten wat we kunnen verkopen, de rest schuift door naar de volgende week.”