Den Haag – De Nederlandse perenoogst was vorig jaar voor het eerst in de historie groter dan de appeloogst.
Er werd 327 miljoen kilo aan peren van de boom gehaald, tegenover 314 miljoen kilo appels. Dat blijkt uit cijfers die donderdag zijn gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De grote perenoogst is vooral te danken aan het toegenomen perenareaal in de afgelopen jaren, stelt het statistiekbureau. De totale oppervlakte van de appelboomgaarden in Nederland neemt anderzijds al decennia sterk af. Sinds 2012 telt Nederland meer perengronden dan appelgronden.
Veel appeltelers zijn overgestapt op de perenteelt omdat die voor hen rendabeler is geworden. Internationaal is er veel vraag naar met name de Nederlandse conference-peer. In 2013 steeg het areaal peren verder tot 8509 hectare, terwijl het areaal appels iets verder afnam tot 7906 hectare.
Toch was de perenoogst vorig jaar geen record. In 2011 werden er vanwege zeer goede weersomstandigheden wel 336 miljoen kilo peren geplukt, terwijl het areaal toen iets kleiner was.
Vorig jaar duurde de winter in Nederland erg lang, vertelt een woordvoerster. Maar toen het voorjaar eenmaal was aangebroken kregen de perenbomen niet opnieuw last van nachtvorst.
Nederland is over het algemeen een gunstig land voor de perenteelt door de doorgaans milde winters. De teelt wordt hier ook steeds innovatiever en professioneler waardoor de productiviteit stijgt. De afgelopen halve eeuw is de perenopbrengst per hectare verviervoudigd. Nederland is in de EU de op drie na grootste perenproducent. Alleen in Italië, Spanje en België is de totale perenoogst doorgaans groter.