‘Het spelletje om alle tomaten er goed aan te krijgen’

“We hebben vorig seizoen in productie een stapje vooruit gedaan. En door de goede najaarsprijzen zijn we in rendement toch nog redelijk geëindigd”, kijkt Wouter Moerman in Maasbree nog even terug.

Deels komt de hogere productie  door  het vele zonlicht. Het was daardoor een gemakkelijk teeltjaar. “Het was het warmste jaar ooit, maar met extreem weinig hoge temperaturen. En het grote vak met Foronti heeft ook opgeleverd wat ik ervan verwachtte. ”  Maar behalve de kilo’s is het moment waarop die geplukt worden belangrijk. “Doordat wij zo vroeg planten hebben we eerst veel productieweken met 6 of 7 ons per vierkante meter. Maar die gingen wel voor leuke prijzen weg.”

Donkere weken

De kas is al weer sinds 22 november groen. Opnieuw heeft hij gekozen voor 2,9 hectare Foronti  (grove vleestomaat) en 1,1 hectare Kanavaro (grof tussentype) die geënt zijn op onderstam DRO141. Daarnaast is er een vak van een paar duizend meter met rassen van Syngenta, De Ruiter en Enza. Door het mooie najaar en omdat 2 dagen eerder was gezaaid waren de planten iets groter dan vorig jaar. “Het was de hele opkweekperiode mooi weer dus we kregen een hele mooie, gelijke plant. Ook de eerste week na het planten was het mooi weer dus we hadden echt een flitsende start. Het eerste bloemetje bloeide al na een paar dagen.” Daarna kwamen juist een paar extreem donkere weken. “Je hebt zelden een aantal dagen achter elkaar van 40 tot 60 Joules gemeten of een week met een lichtsom van onder 1.000 Joules. Je moet dan echt hard terug. Het is het spelletje om alle tomaten er goed aan te krijgen.” De etmaaltemperatuur zakte zelfs naar 16,2 graden, een stuk lager dan vorig jaar. “Dat is wel echt de ondergrens.” Op lichtere dagen is het mogelijk wat tempo te maken.

Per dag bekijken

De dagtemperatuur staat standaard ingesteld op 20 graden met  3 graden lichtverhoging. De voornacht staat op 14 tot 15 graden en de nanacht op 16 graden plus 2 graden lichtverhoging. “Maar het lukt lang niet altijd om de ingestelde temperaturen te halen.” Er ligt immers geen vast scherm. “Dat doen we nooit. In december heb je meestal een aantal weken met zacht weer. En eind januari heb je al te veel gewas voor een foliescherm. Ik reken er ieder jaar aan, maar ben ook nu weer blij dat het er niet in ligt met dat donkere en zachte weer.” Het energiescherm ligt wel geregeld dicht overdag, als de buitentemperatuur op donkere dagen onder 4 graden is. “Boven 4 graden ligt het in principe open, maar ik bekijk het per dag.”

Kunstgrepen nodig

De eerste tros is er heel snel en gemakkelijk aangekomen. De tweede tros staat nu in bloei. Net als de eerste worden deze trossen bij Foronti is op 3 gesnoeid, bij Kanavaro op 3 of 4 vruchten. “Je weet gewoon dat je die vroege zetting een keer gaat bekopen. Ik doe voorzichtig aan. Vorig seizoen heb ik Foronti al snel op 4 gezet, maar had ik ook erg veel geluk met het mooie weer.” De rassen zijn van huis uit flinke groeiers. ” Het is nu al moeizamer dan vorig jaar. Alles is erop gericht ze met allerlei kunstgrepen generatief te sturen.”  Al bij de eerste tros is er een kopblad weggehaald en dat blijft voorlopig gebeuren.  Daarnaast loopt de ec in de mat nog steeds op. De druppel-ec is 4 maar in de mat is hij 6,5 en loopt hij nog steeds op. “Vorig jaar was hij uiteindelijk 10, maar zo hoog is ook niet nodig.” Het water wordt vooral ’s nachts gegeven in 1 of 2 beurten. Bij zonnig weer mag ook overdag een beurt gegeven worden.  En de voornacht wordt soms nog verder verlaagd naar 13,5 graden en bij licht wordt de dagtemperatuur wat verhoogd. “Het is allemaal handwerk. Je moet heel hard sturen om de assimilaten in de vruchten te krijgen. Je staat er versteld van hoe snel je een kas vol gewas hebt.”

Nog helemaal schoon

Het gewas staat er mooi in balans bij. De gewaswerkzaamheden bestaan uit tros beugelen, tros snoei en het wegsnijden van het kopblad. Voor de gewasbescherming worden nog geen natuurlijke vijanden ingezet. “We zijn redelijk schoon geëindigd en alles, ook het grondfolie, is bij de teeltwisseling verwijderd. Daarna is de kas gefogd met waterstofperoxide en perazijnzuur. Dat ontsmet goed en is minder scherp als formaline.” In de teelt is niets preventief gespoten. Op de vangplaten zijn ook nog geen plagen gevonden. Meestal wordt na de jaarwisseling gestart met een lage dosering Encarsia-sluipwespen en bij de eerste wittevlieg de dosering verhoogd. Eind januari volgt dat de Macrolophus-roofwants die wordt bijgevoerd. Tot de volgende generatie Macrolophus wordt teruggevonden, meestal april, worden wekelijks nieuwe Encarsia-kaartjes opgehangen. “Dat is de theorie, maar het kan zomaar anders uitpakken.”