Een beginnend handelsbedrijf heeft het Productschap Tuinbouw voor de rechter gedaagd in een beroepszaak die draait om administratiekosten van 40 euro en de bijkomende juridische kosten in de bezwaar- en beroepsprocedure.
Het PT had het bedrijf voor 2010 een heffing opgelegd van 2.230 euro, maar in dat jaar deed het bedrijf nog geen handel. Pas tijdens de behandeling van de beroepszaak bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven liet het PT de heffing vervallen nadat het bedrijf de juiste informatie aanleverde. Dat handelsbedrijf zette de beroepszaak door om de juridische kosten en de kosten voor administratie (40 euro) bij het PT neer te leggen.
De rechter stelde het PT echter in het gelijk. De heffing was in eerste instantie terecht door het PT opgelegd. De juridische kosten zijn daardoor niet te verhalen op de beide partijen.