2016 was een roerig beursjaar

Elk jaar schommelen de beurskoersen, maar in 2016 zorgde een hele serie evenementen voor de spectaculairste bewegingen sinds jaren. Het begon al meteen begin januari met zorgen over China. De Chinese economie bleek minder hard te groeien dan gedacht en bovendien kwamen steeds meer berichten naar buiten over de schuldenberg die lagere overheden hebben opgebouwd. De angst ebde weg toen de centrale overheid ingreep.

Andere gebeurtenissen waar beleggers fel op reageerden, waren de val van de olieprijs tot onder $30, de keuze van het Britse volk uit de EU te stappen en de verkiezing van Donald Trump als aanstaande president van de VS – de grootste economie op aarde. Tussendoor speelde de vluchtelingencrisis, politieke onrust en een ongekend groot corruptieschandaal in Brazilië, de oorlog in Syrië en zwakke knieën van Duitse en Italiaanse banken een beperkte rol.

Ook de grote bedrijven in de agribusiness waren een speelbal van deze grote, wereldwijde gebeurtenissen. Vooral de bedrijven wiens succes vooral bepaald worden door het consumentensentiment. Ze zitten zo diep in de verwerking dat grondstofprijzen betrekkelijk secundair zijn. Nestlé, General Mills en in mindere mate Unilever zagen hun koersen stagneren. Hun grote merken staan onder druk van kleinere, meer innovatieve leveranciers en huismerken.

JBS en Brasil Foods

De Braziliaanse vleesreuzen JBS en Brasil Foods werden vooral geraakt door de Braziliaanse onrust. In het geval van JBS speelt ook de schuldenproblematiek van het bedrijf een rol, en het feit dat één van haar topmensen onderwerp is van het fraudeonderzoek. Het aandeel herstelde pas toen het bedrijf besloot te splitsen. Bij deze operatie komt het grootste deel van de omzet in een Nederlandse BV; het nieuwe bedrijf moet via een aparte beursnotering miljoenen binnen doen stromen.

Zuivelmarkt

De aandelen van zuivelaar Fonterra, Danone en Kerry werden geraakt door de onstuimige zuivelmarkt. China bleek de voorraden te hebben volgestouwd en was plots van de markt. De melkprijs was lang laag en dalende, wat slecht is voor boeren maar goed voor verwerkers. Toen later in het jaar prijzen aantrokken door een toenemende vraag vanuit Zuid-Amerika en China terug aan de markt kwam, stegen de prijs en dus de grondstofkosten.

Bunge en ADM

De koersen van de Amerikaanse handelshuizen Bunge en ADM werden lang negatief beïnvloed door de lage prijzen voor graan en soja. Bij lage prijzen valt met ‘arbitrage’, het op het juiste moment in- en verkopen, minder te verdienen. Waar nog bij komt dat bij lage koersen prijzen minder schommelen. De koersen herstelden zich enigszins toen de bodem op de graanmarkt wel bereikt leek en duidelijk werd dat een groot volume in de VS beschikbaar komt, en gewild lijkt te zien.

ForFarmers

ForFarmers maakte na de beursintroductie in mei een fraaie opmars door van €6,50 naar €7. Brexit gooide roet in het eten van de voergigant, die in het Verenigd Koninkrijk een groot bedrijf runt. ForFarmers zelf zegt dat een Brexit juist kan leiden tot een grotere varkensstapel in het Verenigd Koninkrijk, dat door een zwakker pond wegvallende export naar het Verenigd Koninkrijk kan opvangen. Maar het aandeel daalde toch en stond eind van het jaar op €6,70.

Geen Trumpocalyps

De verkiezing van Trump leidde op de beurs niet op de ‘Trumpocalyps’ waarvoor veel analisten vreesden. Integendeel, de koersen stegen tot recordhoogte. Vermoedelijk omdat Trump aankondigde dat de overheid met het bedrijfsleven veel meer moet investeren in infrastructuur en belastingen voor bedrijven omlaag moeten. De terugslag kan nog komen als Trump een handelsoorlog met China begint, maar met name de bouwwoede waar Trump op zinspeelt kwam John Deere, Case New Holland en Agco – het bedrijf achter onder meer Challenger, MF en Fendt, goed uit.

Uiteindelijk was de grootste winnaar ten opzichte van 1 januari WH Group, een Chinees bedrijf dat op de eerste dag van het jaar de koers zag instorten maar daarna door de goede resultaten van dochterbedrijf Smithfield weer omhoog klom.