Erfafspoeling van gewasbeschermingsmiddelen is nog een belangrijke bron van emissie naar het oppervlaktewater. Krijg antwoorden op 6 veelgestelde vragen over het verminderen van erfafspoeling.
Veel activiteiten met gewasbeschermingsmiddelen vinden op het erf plaats, zoals het vullen en het reinigen van de veldspuit. Bij het vullen kan worden gemorst en bij het schoonmaken van de spuit kan waswater met gewasbeschermingsmiddelen in sloot of riool terecht komen. Uit metingen door waterschappen blijkt dat deze emissieroute groter is dan eerst gedacht. Zij stellen vast dat water dat van het erf afspoelt hoge concentraties gewasbeschermingsmiddel kan bevatten, tot wel 200 keer de norm. Dat is niet alleen slecht voor het milieu, maar het kan uiteindelijk leiden tot beperkingen van het gebruik van deze middelen.
Uit Europese cijfers blijkt juist dat erfemissie en afspoeling een veel grotere bijdrage leveren in de totale emissie dan drift. Voor Nederland zijn hiervan geen specifieke cijfers, maar wel wordt geschat dat erfemissies zorgen voor meer dan 50% van de emissie naar het oppervlaktewater.
Delphy adviseur Luc Remijn merkt bij voorlichtingsbijeenkomsten dat telers zich er van bewust zijn dat emissies teruggedrongen moeten worden. De regel is simpel: er mag geen middel in het oppervlaktewater terechtkomen. Echter, de uitwerking is voor telers moeilijk. Aanleg van een wasplaats vraagt een forse investering. En dan blijven er nog onzekerheden, zoals welke verwerkingscapaciteit is voldoende, wat moet je met het regenwater, welke eisen gelden voor de slibopvang als er ook andere machines op gereinigd worden?
➤ In 2023 geen overschrijdingen meer
De overheid wil dat de waterkwaliteit uiterlijk in 2023 op orde is, zowel voor water dat bestemd is voor de drinkwatervoorziening als voor de ecologische kwaliteit van oppervlaktewater (Kaderrichtlijn Water). Dit betekent dat in 2023 nagenoeg geen overschrijdingen meer mogen plaatsvinden van de drinkwaternormen en de milieukwaliteitsnormen. In 2018 moet het aantal overschrijdingen met 50% zijn afgenomen ten opzichte van 2013.
Om deze doelstelling te kunnen halen en een effectief middelenpakket te behouden hebben Nefyto, Unie van Waterschappen, Agrodis en LTO Nederland de Toolbox Emissiebeperking ontwikkeld. Met deze toolbox willen de betrokken partijen telers bewuster maken van emissieroutes op hun bedrijf en hen handvatten bieden om emissies te verminderen. Praktische maatregelen zijn uitgeschreven in factsheets. Ook is de erfemissiescan ontwikkeld, om telers te tonen waar ze de belasting van het oppervlaktewater verder kunnen verminderen.
Hieronder een selectie van de vragen die telers afgelopen jaar gesteld hebben aan het Loket erfemissie gewasbescherming:
➤ 1. Waar mag ik mijn spuit vullen?
Het vullen van de spuit mag op het erf. Dat moet wel op een plek waar geknoeide middelen of water niet direct in de grond verdwijnen. Zorg dat er absorptiemateriaal zoals zand of zaagsel klaarstaat om gemorste gewasbeschermingsmiddelen op te kunnen ruimen. Gebruikt absorptiemateriaal mag over het perceel waar het middel toegepast wordt verspreid worden, het kan ook in een biobed verwerkt worden of als klein chemisch afval afgevoerd worden.
Het vullen van de spuit mag ook op het perceel. Houd daarbij minstens 2 meter afstand tot de sloot. Bij vullen vanuit het oppervlaktewater is een terugslagklep in de zuigslang verplicht. Gebruik verschillende plaatsen om te vullen.
➤ 2. Waar mag ik de spuit intern reinigen?
Het intern reinigen van de spuit mag op het perceel waar het betreffende gewasbeschermingsmiddel is toegepast. Het tankrestant en het spoelwater mag over het net bespoten gewas worden uitgespoten. Vermijd overdosering door de spuitdruk te verlagen en de rijsnelheid te verhogen. Let er bij het uitspuiten ook op dat er geen restant terecht komt in de spuitvrije zone langs de sloot.
Inwendig reinigen mag ook op het erf, maar dan alleen boven een vloeistofdichte vloer. Het waswater moet worden opgevangen. Dit waswater moet verwerkt worden met systemen als biofilter, Phytobac of Heliosec of verspreid uitgereden worden over het perceel waar de middelen zijn toegepast.
➤ 3. Waar mag ik de spuit uitwendig reinigen?
Uitwendig reinigen mag maximaal 2 keer per jaar op het erf, maar alleen op een plek waar het waswater naar de bodem afstroomt. Het waswater mag niet naar de sloot of het riool stromen. Delphy ontwikkelde voor deze toepassing een low budget-wasplaats. Deze wasplaats bestaat uit een 30 centimeter dikke laag gemalen puin op dichte folie en een toplaag van grasbetonblokken. Het reinigingswater zakt uit naar een zaksloot, gevuld met compost.
Bij vaker dan 2 keer per jaar extern reinigen op het erf is een vloeistofdichte vloer met opvang van het waswater verplicht. Het waswater moet net als restvloeistoffen verwerkt worden.
Schoonspuiten mag ook op het perceel waar de gewasbeschermingsmiddelen zijn toegepast, houd hierbij minimaal 5 meter afstand tot de sloot.
➤ 4. Waar mag ik mijn spuit neerzetten?
Stal de veldspuit, en andere machines waarmee gewasbeschermingsmiddelen worden toegepast, onder dak. Bij stalling op een verhard oppervlak is overdekken verplicht. Als de veldspuit niet schoon is mag er geen contact zijn met hemelwater omdat er dan resten gewasbeschermingsmiddelen af kunnen spoelen. De spuit mag echter ook op een onverhard oppervlak worden gestald. Zorg hierbij voor voldoende afstand tot de sloot.
➤ 5. Hoe zit het met zaaimachines?
Via gecoat zaad kunnen zaaimachines in aanraking komen met middelen. Behandel deze machines daarom net als de veldspuit. Maak ze schoon op het perceel met een ruime afstand (minimaal 5 meter) van de sloot of op het erf op een wasplaats met opvangvoorziening.
➤ 6. Aan welke eisen moet een wasplaats voldoen?
De wasplaats moet vloeistofdicht zijn. Dit moet worden gekeurd door een hiervoor erkend bedrijf. Om de 6 jaar vindt herkeuring plaats. Voor aanleg is een bodemonderzoek verplicht.
Voor aanleg van een wasplaats geldt alleen een meldingsplicht, geen milieuvergunningsplicht.
Bij een onoverdekte wasplaats geldt dat het afstromende regenwater niet mag worden geloosd op bodem, riool of oppervlaktewater, maar verwerkt moet worden.