De tuinbouw ligt weer onder vuur. Goed, het zijn deze keer de champignons. Maar volgende keer zijn het weer de asperges en de aardbeien of de kassen in het Westland, die de kritische aandacht van de media trekken. En in het zog daarvan weer de politiek.
“Zouden ze in het buitenland weten van de schimmige schimmels uit de Nederlandse schuren?” Er vrolijk op los allitererend, alsof het een nieuwe titel in de lange reeks Suske en Wiske-stripboeken betreft, trekken de redacteuren van het KRO-programma Keuringsdienst van Waarde naar Brussel. Om er Engelse en Duitse Europarlementariërs op het spoor te zetten van hun bevindingen. Die wilden met alle plezier op camera roepen dat wat hun betreft Nederlandse slavernijpaddestoelen voortaan ‘no go’ waren.
Ai. Daar zijn die arme telers van goede wil, die in de twee uitzendingen van de KVW de ruimte kregen om hun sombere verhaal te vertellen (“als de winkeliers niet meer willen betalen voor een netjes geteeld product…” etc), natuurlijk ook niet mee geholpen. Het zal misschien zo’n vaart niet lopen, denk je enerzijds. Maar anderzijds: er hoeft maar net even wat nieuwsschaarste te zijn, en er kan zomaar een grensoverschrijdende mediahype losbarsten.
Lange strijd
Het is het zoveelste hoofdstuk in een lange strijd, die de Arbeidsinspectie – of de Inspectie SZW, zoals die tegenwoordig heet – voert tegen slechte arbeidsomstandigheden, onderbetaling en regelrechte uitbuiting van doorgaans buitenlandse werknemers in de tuinbouw. Een strijd waar radio en tv op gezette tijden over bericht. Media-aandacht die vervolgens politici weer verleidt om vragen te stellen aan de verantwoordelijke bewindslieden. Die daar dan meestal formeel op reageren met een opsomming van het beleid dat er voor is ontwikkeld en in de nabije toekomst nog wordt ontwikkeld.
Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken sloeg vandaag echter een andere toon aan. Opmerkelijk genoeg draaide hij in zijn reactie op de Kamervragen de duimschroeven niet bij de telers aan, maar bij de supermarkten die niet meedoen aan het eerder dit jaar eindelijk gelanceerde sociale keurmerk Fair Produce. Albert Heijn krijgt de wind van voren. “Ga voor champignons dus naar C1000, Coop of Jan Linders. Zij hanteren het keurmerk Fair Produce. AH wil niet meewerken, dat vind ik onbegrijpelijk”, aldus een letterlijk citaat uit het persbericht dat zijn ministerie vanmiddag de deur uit deed.
Een hoopgevende insteek van de PvdA-minister. Hoopgevend in elk geval voor Fair Produce. Dit keurmerk moet de consument erop wijzen dat het betreffende product onder goede arbeidsomstandigheden en –voorwaarden is geteeld en geoogst. De stichting Fair Produce wil ook andere groente en fruit van haar keurmerk gaan voorzien. Telers van aardbeien, asperges, tomaten en komkommers zijn daar misschien wat huiverig voor. De noodzaak van een dergelijk kleurmerk impliceert immers wantoestanden. En die suggestie wil je graag ver van weg houden. Maar gaat u uw buren eens na en oordeel zelf: hoe ver is niet alleen de suggestie, maar ook de realiteit van bedenkelijke arbeid bij uw erf vandaan?
Lees ook: Minister Asscher wraakt foute champignons AH